De OS/2 configuratiebestanden

> OS/2 Index <

OS2: een veelzijdig besturingssysteem

Drie soorten OS/2 programma's

De belangrijkste OS/2 configuratiebestanden

De OS/2 ini bestanden

De config.sys : Enige aantekeningen bij het laden van OS/2, OS/2 laadvolgorde, Hoe wordt de Werkplek (WPS) geladen?

De OS2 prompt

Presentation Manager GUI

De Workplace Shell

Een alternatieve shell gebruiken

Autoexec.bat

Startup.cmd

OS/2: een veelzijdig besturingssysteem

> Top <

OS/2 staat bekend als een ingewikkeld besturingssysteem. Dat is historisch zo gegroeid. OS/2 was de opvolger van DOS. Vergeleken met DOS is ieder besturingssysteem complex. En zeker als het allerlei soorten applicaties tegelijkertijd moet draaien.

OS/2 versie 1.0 draaide in protected mode van de centrale verwerkingseenheid (CPU, processor) OS/2 en DOS applicaties op een 286 PC AT. Maar voordat je dat aan de praat kreeg moest je wel wat doen en over geschikte hardware beschikken. OS/2 gebruikers waren (en zijn nog steeds) Power Users.

In de loop der tijd zijn steeds meer elementen aan OS/2 toegevoegd: een grafische gebruikersinterface (Presentation Manager), Win-OS/2, uitgebreide netwerkondersteuning, een object georiënteerde gebruikersinterface, multimedia en recent veel Java. Hierdoor werd OS/2 veelzijdiger maar ook complexer.

Toch is er in de OS/2 versies 3 en 4 (binnenkort eComStation) de nodige aandacht besteed aan gebruikersvriendelijkheid. Een doorsnee gebruiker hoeft zelden zelf de config.sys te bewerken. In de regel doet een grafisch configuratieprogramma dat.

Hieronder ziet u de pictogrammen van dergelijke programma's in de submap van Configuratie met de naam "Installeren/verwijderen". De reflectie van de Feature Installer map is door mij toegevoegd.


In de regel worden bij het installeren van een software pakket (multimedia, netwerkonderdelen) alle wijzigingen in de CONFIG.SYS voor u aangebracht. Binnen eComStation zal de WiseManager dergelijke taken voor u verrichtten. Maar als u het handmatig (op maat) wilt doen is dat bijna altijd mogelijk. Veel netwerkonderdelen worden ingesteld door het netwerk-configuratieprogramma MPTS.

U kunt met "Stuurprogramma's installeren" drivers installeren die DDP bestanden bevatten (het analoog van de *.INF bestand onder Windows). Het programma \OS2\INSTALL\DDINSTAL.EXE leest het Device Driver Profiel uit het DDP bestand, past de CONFIG.SYS aan en kopieert het stuurbestand naar de betreffende map (hier \OS2\BOOT) .

*
* A DDP for DaniS506.ADD
*

:TITLE
Daniela's Enhanced EIDE Driver

:CONFIG
BASEDEV=DaniS506.ADD

:FILES
DaniS506.ADD \OS2\BOOT\DaniS506.ADD

Dit levert de volgende wijziging op in de CONFIG.SYS:

BASEDEV=DANIS506.ADD

REM BASEDEV=IBM1S506.ADD

Maar veel OS/2 gebruikers houden het liever ook zelf in de hand. De meer complexe opties zoals de parameters van een stuurbestand worden met de hand ingesteld. Dat gaat door de CONFIG.SYS direct te bewerken. De informatie haalt u uit de README bestanden die de stuurbestanden geleverd worden.

Hieronder geef ik een overzicht van de belangrijkste configuratiebestanden van OS/2. De beschrijving is doorgaans globaal (voor het ABC), maar soms duik ik wat dieper op de zaken in, om specifieke mogelijkheden te laten zien.

Drie soorten OS/2 programma's

> Top <

Het is belangrijk om u zich van te voren te realiseren dat er drie soorten OS/2 programma's zijn, en dat ze alle drie gekoppeld zijn een gebruikersinterface van toenemende complexiteit.

De drie soorten OS/2 programma's zijn:

  1. Tekstmodus programma's lopen op de OS/2 prompt (volledig scherm of PM venster).

  2. Grafische PM applicaties hebben Presentation Manager nodig

  3. Pure WPS applicaties lopen alleen onder de Workplace Shell

De drie soorten programma's corresponderen met een zekere gelaagdheid van OS/2. Als het ene niveau faalt, kunt u op een basaler, minder complex niveau terugvallen.

De volgende tabel laat de drie OS/2 gebruikersinterfaces zien en de eraan gekoppelde programma's.

Shell

OS/2 laag (gebruikersinterface)

Programma-type

Te vergelijken met

cmd.exe

De OS/2 opdrachtaanwijzing

Tekstmodus applicaties

MS DOS, OS/2 v. 1.0

pmshell.exe

Presentation Manager (PM) van OS/2 versie 1.2

Grafische PM applicaties

Windows GUI

pmshell.exe

Workplace Shell (WPS) van OS/2 versie 2.0.

Grafische WPS applicaties

Een object georiënteerde werkomgeving: Linux Gnome project?

Microsoft was nauw betrokken bij de eerste ontwikkeling van OS/2. De eerste twee niveaus zijn in Microsoft Windows terug te vinden. Overigens heeft OS/2 als besturingssysteem meer verwantschap met de Windows NT familie, dan met de Windows 9x reeks. Zie: "New Technology" in de OS/2 netwerksectie.

Niet grafische programma's

De OS/2 opdrachtaanwijzing correspondeert met de DOS prompt. In tekstmodus werkende programma's werken op dit niveau. U draait ze op het volledig scherm of in een venster. Veel servers en hulpprogramma's (netwerk, schijfbeheer) behoren hiertoe. Voorbeelden van "grafische" tekstmodusprogramma's zijn File Commander/2 en Injoy.

Het OS/2 opdrachtverwerkingsprogramma CMD.EXE correspondeert met de COMMAND.COM van DOS. Net als onder DOS bestaan er alternatieve opdrachtverwerkingsprogramma's voor OS/2's CDM.EXE. De bekendste is 4OS2 (gratis), maar er bestaat ook een hele reeks GNU/UNIX shells en utilities.

Het cruciale verschil met DOS is dat OS/2 op niet-grafisch niveau al 32-bits pre-emptive multitasking, multithreading en netwerkfunctionaliteit levert. De toegang tot het geheugen, de videokaart, de harde schijf, de muis, het toetsenbord en andere randapparatuur worden van het begin af aan door het besturingssysteem beheerd. Deze situatie is verwant met Linux. Onder Windows lopen veel programma's pas nadat de GUI (met al zijn overhead) geladen is.

Presentation Manager programma's

Presentation Manager programma's maken gebruik van grafische bibliotheken. Het zijn grafische programma's. Ze lopen in vensters (windows). Ze roepen grafische bibliotheken (API's) aan om hun vensters op het beeldscherm te toveren. Presentation Manager is daarom het niveau van Windows GUI. Van mijn eerste 286 AT PC bezit ik nog een vroege Windows versie Microsoft Windows /286 Presentation Manager (c) Microsoft Corp. 1985-1988. Iemand die StarOffice als protected mode schil onder de Presentation Manager van OS/2 draait ziet een kloon van de voor het 32 bits Windows 95 geschreven Explorer. Ook de laatste versies van Windows gebruiken in essentie nog dezelfde grafische interface die in OS/2 1.10 (1988) en de eerste 16 bits versies van Windows werd geïntroduceerd.

WPS programma's

Het derde niveau, de object georienteerde WorkPlace Shell (WPS), maakt OS/2 uniek. OS/2 biedt op dit niveau meer functionaliteit dan enig ander OS. Er is een apart hoofdstuk aan besteed: De Werkplek.

Echte WPS programma's (Hoofdvenster, Object Desktop) zijn in tegenstelling tot PM programma's geen zelfstandige EXE-bestanden. Ze zullen daarom niet op Presentation Manager niveau draaien. U ziet ook geen Pad en bestandsnaam in hun instellingenblok. Ze hebben wel hun eigen geheugenruimte, maar pmshell.exe voert hen uit. Ze leunen dus op de Dynamic Link Libraries van het Workplace Shell. Hier voegen ze hun eigen bibliotheken aan toe. Deze constructie zorgt voor een fraaie uniformiteit op de desktop. Maar een nadeel van deze integratie is dat u een hangende WPS applicatie niet vanaf de prompt kunt killen.

Veel PM programma's (zoals IBM Works, Faxworks) hebben òòk object-georiënteerde eigenschappen. De extra functionaliteit (zoals drag and drop) is alleen te benutten onder de WPS. Als u er geen gebruik van maakt kunt u de ermee verbonden DLL's vaak via een cmd script deregistreren, waardoor er geheugen vrijkomt voor andere zaken.

Windows 3.1 en DOS programma's hebben de WPS niet nodig. Presentation Manager draait Windows programma's en niet-grafische DOS-programma's in vensters. Net als onder Windows draaien vrijwel alle DOS programma's (incl. de grafische) buiten Presentation Manager om op het volledige scherm. In protected modus mogen grafische DOS programma's de videokaart natuurlijk niet rechtstreeks aanspreken. Dat gaat via OS/2's video subsysteem (VIO), waar ook niet grafische programma's (DOS, OS/2) gebruik van moeten maken. Deze bescherming is voor DOS spelen overigens gedeeltelijk uit te schakelen (Zie de Beeldscherminstellingen voor DOS in het Instellingen tabblad).

De belangrijkste OS/2 configuratiebestanden

> Top <

De volgende vijf OS/2 configuratiebestanden bestanden bevatten specifieke informatie over uw systeemconfiguratie.

CONFIG.SYS

ASCII bestand in de root dat bepaalt hoe OS/2 geladen wordt. De OS/2 CONFIG.SYS is te vergelijken met een deel compatibele met de config.sys van DOS. Altijd nodig.

Omdat in de config.sys de opdrachtaanwijzer nog niet bekend en actief is, moet u met "run=c:\os2\cmd.exe /c c:\os2\opdracht.exe > nul" zogenaamde VIO programma's opstarten.

De "> nul" zorgt ervoor dat de programma's hun uitvoer in de eeuwige bitvelden kwijt kunnen, maar een uitvoer naar " >c:\opstart.log" mag natuurlijk ook. Let op de volledige pad- en bestandsaanduiding (dit geldt ook voor de call opdrachten).

OS2.INI

Binair bestand in \OS2 dat essentiële informatie bevat m.b.t. de Werkplek en specifieke applicaties (User Profile). Hier zijn de WPS componenten (bibliotheken) geregistreerd. Registratiegegevens van shareware programma's kunnen hier bijv. in worden opgeslagen. Niet nodig voor tekstmodus OS/2, wel voor PMShell.

OS2SYS.INI

Binair bestand in \OS2 dat informatie bevat over uw hardware (System Profile). Niet nodig voor tekstmodus OS/2, wel voor PMShell.

STARTUP.CMD

Startup.cmd is een beschouwen als de autoexec.bat van OS/2 Presentation Manager. Na het laden van Presentation Manager worden de opdrachten in dit ASCII bestand door de opdrachtaanwijzer (%COMSPEC%) een voor een uitgevoerd. De opdrachtaanwijzer kan gebruik maken van de paden en variabelen uit de CONFIG.SYS. Omdat vrijwel tegelijkertijd de WPS laadt, worden de laatste opdrachten in mijn startup.cmd pas uitgevoerd als de WPS actief is. Als u (zonder PMShell) in tekstmodus opstart, moet u expliciet de startup opdracht geven.

Opstarten (WPS)

Voor pure WPS programma's (geen exe-bestanden) moet van de WPS startup folder "Opstarten" gebruik worden gemaakt. Opstarten werkt alleen onder de Workplace Shell.

AUTOEXEC.BAT

ASCII bestand in de root dat gebruikt wordt door DOS sessies. Het vervult dezelfde functie als de autoexec.bat onder DOS, met dit verschil dat u er zoveel van kunt maken als u zelf wilt. OS/2 creëert voor iedere DOS sessie een aparte omgeving (VDM, Virtual Dos Machine) waarin de autoexec.bat steeds opnieuw uitgevoerd wordt.

De binaire ini-bestanden os2.ini en os2sys.ini kunt u eventueel "handmatig" wijzigen met een speciale OS/2 ini-editor zoals IniTor. Maar bij voorkeur laat u wijzigingen over het aan het programma dat de instellingen nodig heeft. Een ASCII editor zal binaire bestanden beschadigen! De ASCII tekstbestanden zijn te bewerken met iedere echte ASCII editor, bijv. de OS/2 Systeem Editor of het Windows kladblok.

De OS/2 ini bestanden

> Top <

OS2.INI en OS2SYS.INI bevatten onmisbare informatie over de Werkplek en het systeem. Ze zijn vergelijkbaar met de registratiebestanden van Windows 95. Ze moeten evenals de binaire dat-bestanden van Windows met een aparte ini-editor worden bewerkt. OS/2 Warp heeft hier geen editor voor. De gedachte hierachter was ongetwijfeld dat u in principe niet aan de ini-bestanden zou morrelen. Wel werd een backup mechanisme voor de OS/2 ini-bestanden in Warp 3 en 4 ingebouwd (zie backup).

OS2.INI bevat gebruikersinstellingen die door uw applicaties zijn aangemaakt. De belangrijkste applicatie die hier gebruik van maakt is pmshell.exe zelf, zodat veel informatie m.b.t. de objecten, reflecties en folders van de Werkplek in het alleen-lezen en verborgen \os2\os2.ini is opgeslagen. Het is ondoenlijk om hier zelf aan te gaan knutselen. De beste manier om instellingen te veranderen is via het Instellingenblok van de WPS en haar objecten zelf.

De in os2.ini geregistreerde associaties tussen programma-objecten en bestanden zijn uitstekend met de Associatie Editor (assoed21.zip) van Henk Kelder te overzien en te bewerken. Henk Kelders checkini (wptool32.zip) is een freeware utility om niet meer relevante ini-informatie op te sporen en te verwijderen.

In principe moeten programma's de door hen benodigde informatie zelf voor u in de OS/2 configuratie bestanden zetten. Vaak maken ze een eigen ini-bestand in hun werkdirectory aan. Dat is goed, want dan vervuilen ze os2.ini niet. Maar vooral oudere programma's beschrijven nog wel eens het os2.ini bestand. Als u zo'n programma met zijn werkdirectory verwijderd blijven de instellingen in os2.ini staan. Sommige programma's bevatten een programma of REXX script die de ini-instellingen (en nog veel meer) voor u verwijderd. Maar dit is de uitzondering. Anders zou u dit met het freeware utility IniTor zelf kunnen doen. Vergeet echter nooit een backup te maken en realiseer dat de (al dan niet gunstige) effecten van uw wijziging pas na een reboot (of sneller na een reset van de WPS) te zien zullen zijn. Zie voor meer specifieke informatie: Ini files.

OS2SYS.INI is niet een bestand om met IniTor te bewerken. Gebruik liever de vele opties in de map "Configuratie" in de systeemfolder.

OS/2 is vergeleken met Windows zeer flexibel. Daarom nog een tip.

SET DESKTOP=H:\Desktop
SET USER_INI=H:\OS2\OS2.INI
SET SYSTEM_INI=H:\OS2\OS2SYS.INI
PMSHELL

Met een dergelijk batch kunt u de WPS van een willekeurige bootschijf vanuit PM Shell opstarten.

Backup

> Top <

Van bovengenoemde configuratiebestanden moet u regelmatig een backup maken. Het heeft weinig zin om de ini-bestanden afzonderlijk te archiveren omdat ze een geheel vormen met de Werkplek. Bovendien is het terugzetten van de (normaal geopende) ini-bestanden onder OS/2 geen sinecure. Elders beschrijf ik hoe u veilig en snel een complete backup van de vitale systeembestanden kunt maken: Zie Reservekopieën en Robosave. Die dit regelmatig (minimaal eens per week en als u veel rommelt vaker).

In noodgevallen (maar die moet u met bovengenoemde backups voorkomen) kunt u met makeini.exe handmatig ini-bestanden aanmaken. De procedure hiervoor staat beschreven in de online help bestanden (type "help makeini" op de prompt). Groot nadeel is dat u wat betreft de configuratie van de Werkplek weer terug bent bij af.

Object Desktop gebruikers kunnen met Object Package de Werplek opslaan. Dit is ideaal als u van Warp 3 naar Warp 4 updaten wilt. Sleep een sjabloon naar een data directory. Open het object door er op te dubbelklikken. Bevestig dat u een backup van de Werkplek wenst. Vervolgens worden de objecten van de Werkplek ( m.n. de EA's + de bijbehorende ini-settings ) voor u opgeslagen.

De CONFIG.SYS

> Top <

Het belangrijkste OS/2 configuratiebestand is config.sys. De config.sys opdrachten worden in tekstmodus (voor het laden van het blauwe PM shell scherm) uitgevoerd.

De config.sys van OS/2 is evenals het DOS equivalent een gewoon tekstbestand waarin aangegeven wordt welke stuurbestanden en programma's achtereenvolgens geladen worden. De config.sys bepaalt in hoge het uiterlijk (de configuratie) van uw OS/2 systeem. Het bestand bevindt zich in de root-directory van de OS/2 partitie.

Er is veel over de config.sys opdrachten geschreven. Met name over het afstemmen van OS/2 met behulp van de config.sys. Het heeft weinig zin dit hier uitgebreid over te doen. Veel nuttiger is het als u de hiervoor benodigde informatie zelf kunt vinden.

  1. Maak ruimschoots backups van de config.sys. Een tikfout kan een lelijke bootproblemen opleveren. En zeker als u meerdere veranderingen ineens aanbrengt, kan een bron van de verstoring moeilijk te zijn traceren.

  2. Weet hoe u in noodgevallen Warp booten kunt. Lees Alternatieve bootmethoden voor OS/2, m.n. het stuk over de Alt-F1 methode.

  3. Er zijn enige zaken die ik beginende gebruikers (en mezelf) altijd kan aanraden. U vindt de elementaire CONFIG.SYS tuning tips hier.

Online Informatie bekijken

Een bespreking van OS/2 opdrachten vindt u als u "help opdracht" op de OS/2 prompt typt. Zo zoekt "help cmd" in de "Handleiding bij OS/2-Warp opdrachten" de informatie over de OS/2 command interpreter voor u op.

Lezenswaardige inf-bestanden

Aan de inf-bestanden (informatiebestanden met de extensie inf) in OS2\BOOK kunt u uw eigen hulpjes toevoegen. Dit heeft als voordeel dat u in het programma Online Informatie Bekijken (view.exe) met de zoekfunctie Zoeken/Alle bibliotheken de beschikking over veel meer informatie heeft.

Lezenswaardig inf-bestanden zijn:

"How to Supercharge OS/2 Warp" van Richard Oliver Knut (tune_inf.zip). Christian Hennecke schreef een soortgelijke serie in de VOICE nieuwsbrief (Tip: goede URL voor een Sslurp!)

Zeer veel informatie staat in de OS/2 Warp 4 Capacity Planning and Performance Tuning Guide in txt en rft formaat.

Ik heb ze lokaal in /bin opgeslagen, maar u vindt ze op iedere Hobbes CD (aanbevolen).

M.b.v een HPFS driver en het 16 bits Windows programma Xview kunt u vanuit Windows 3X en 9X OS/2 inf bestanden op HPFS schijven lezen en doorzoeken. U kunt de variabele "SET BOOKSHELF=Pad van de Inf-bestanden" in de autoexe.bat zetten.

Editors met ingebouwde helpfunctie

Handige editors met online hulp voor de config.sys zijn:

Een freeware editor die zijn eigen tips en trucs meebrengt is het programma "OS/2 Config.sys Information Centre" van Rick Meigs (cfginfo6.zip).

Het project loopt nu als ConfigTool . Aanrader!

Het originele van Eric Slaats' "Config Sys Editor" is de help functie die ieder config.sys commando in Warps "Handleiding bij OS/2 opdrachten" (cmdref.inf) voor u opzoekt (confed08.zip, freeware).

The Config.sys Documentation Project

The Config.sys Documentation Project is een initiatief van makers van de Tyra/2 config.sys editor. Het helpbestand is te downloaden van hun site.

Omdat de CONFIG.SYS een tekstbestand is, kunt u gemakkelijk stuurbestanden verwijderen, toevoegen en instellen. Dit maakt het ook mogelijk om OS/2 van de ene naar de andere PC verplaatsen. Stuurbestanden voor geluidskaarten en andere veranderde zaken kunt u gewoon remmen. In mijn praktijk is een update van de PC dan ook geen reden om OS/2 opnieuw te installeren. Een verplaatsing van de oude schijf naar de oude PC is voldoende, zolang de OS/2 letter van de bootpartitie maar gelijk blijft. Hierbij kan PartitionMagic of een xcopy met de opties hotserv helpen. Het hernoemen van de paden in de CONFIG.SYS om de OS/2 bootpartitie te veranderen heeft geen zin: OS/2 zal niet booten. In dat geval moet u OS/2 wel opnieuw installeren.

Enige aantekeningen bij het laden van OS/2

> Top <

De vorm waarin OS/2 voor u verschijnt wordt in hoge mate bepaald door de config.sys. Anders dan onder Windows 95 met haar onnaspeurbare registratiebestanden, bepaalt u onder OS/2 in hoge mate zelf wat u op uw scherm ziet.

Uiteindelijk heeft de config.sys tot doel om de OS/2 stuurbestanden en achtergrondprocessen (daemonen) te laden in een door u gewenste configuratie.

In het hiernaast afgebeelde proces-overzicht van Process View (procs21.zip) van OS/ 2 Warp 4 ziet u veel daemonen lopen die via de CONFIG.SYS met RUN= en CALL= opdrachten zijn gestart.

Processen op hetzelfde niveau worden overigens in omgekeerde volgorde getoond: de laatst gestarte (met het hoogste Process ID) staat bovenaan. Dit zijn doorgaans de brokkenmakers die u wilt killen. Dus de LAN requester (muglrqst.exe) werd als laatste netwerkonderdeel gestart, voor peer.exe. Xman werd als laatste via het initrc script gestart.

Veel van die programma's hebben met het netwerk te maken. Ze maken geen gebruik van het toetsenbord, beeldscherm of de muis maar communiceren via TCP/IP, NetBIOS en andere protocollen voor interproces communicatie. In het taakoverzicht komen ze niet voor.

Ze zijn te vergelijken met de in Init en de daemonen besproken processen in de Linux sectie. Linux heeft met OS/2 gemeen dat U niet eerst de grafische gebruikersinterface hoeft te starten om op het netwerk te komen.

Voor opdrachten die vanaf de prompt met detach start geldt hetzelfde: u denkt misschien dat u xman met de muis bestuurt, maar de communicatie verloopt geheel via TCP/IP met de X server (XF86_SVGA.EXE). Een xman geeft zonder X server geeft een foutmelding op de OS/2 prompt.

Noteer dat het programma PMSHELL.EXE twee keer in het overzicht voorkomt. De eerste keer fungeert PMSHELL als protected mode shell. De tweede maal als Workplace Shell (Werkplek). Dit is in respectievelijk de SET PROTSHELL en SET RUNWORKPLACE opdracht vastgelegd.

PROTSHELL=F:\OS2\PMSHELL.EXE
SET RUNWORKPLACE=F:\OS2\PMSHELL.EXE

U kunt ook een ander programma als "runworkplace" invullen. Zo kunt u Filebar of StarOffice als alternatieve grafische schil in plaats van de Werkplek laden. U mist dan wel een groot deel van OS/2's object georienteerde eigenschappen.

Op systemen met weinig geheugen kunt u er voor kiezen PMShell in het geheel niet te laden.

PROTSHELL=F:\OS2\CMD.EXE
SET RUNWORKPLACE=F:\EMX\BIN\BASH.EXE

In dit geval verschijnt als eerste de OS/2 prompt (de protshell). Hiermee hebt u wel een volwaardig 32 bits besturingssysteem met netwerkfunctionaliteit.

Als u PMShell alsnog vanaf de prompt start (kan niet met start), verschijnt het blauwe PM scherm met de bash prompt als uw officiële werkplek. Via startup.cmd kunt het netwerk automatisch beschikbaar stellen.

Omdat Presentation Manager actief is kunt u grafische PM applicaties starten. In dit geval e en pmshell. De laatste laadt de bekende map Werkplek. Die kunt u nu als officieuze werkplek gebruiken.

[visser|f:/]e &
61
[visser|f:/]pmshell &
63
[visser|f:/]

Als u met een proces killer de Werkplek onderuit haalt, wordt Windows 3 achtige beeld van Presentation Manager weer actief. Overigens moet u hier niet mee experimenteren als u niet over een recente en solide WPS backup (zoals die van Robosave) gemaakt heeft.

OS/2 laadvolgorde

> Top <


Hieronder treft u enige basale informatie aan over het laden van OS/2. Ik doe dit aan de hand van de config.sys instellingen die bepalen hoe OS/2 op uw scherm komt.

Eerst bespreek ik hoe OS/2 de config.sys leest.

OS/2 leest de config.sys op een bepaalde manier. Eerst worden de Base Device Drivers geladen, in de volgorde SYS, BID, VSD, TSD, ADD, I13, FLT en DMD. Vervolgens wordt de config.sys van boven naar beneden op IFS-statements en 32 bits protected mode stuurbestanden (PDD) gescand. Ze worden in de volgorde waarin ze verschijnen geladen. Daarna worden de 16 bits Virtual Device Drivers (VDDs) geladen.

BASEDEV=*.SYS
BASEDEV=*.BID
BASEDEV=*.VSD
BASEDEV=*.TSD
BASEDEV=*.ADD
BASEDEV=*.I13
BASEDEV=*.FLT
BASEDEV=*.DMD

Basale stuurbestanden (base device drivers) met de ingang BASEDEV= worden als eerste geladen. OS/2 zoekt ze via zijn mini-filesystem in /OS2/BOOT en /OS2 of de rootmap van de bootpartitie.

Achtereenvolgens worden de extensies SYS, BID, VSD, TSD, ADD, I13, FLT en DMD geladen.

Stuurbestanden die niet in het zoekpad van de kernel - achtereenvolgens de rootdirectory van de bootdrive (\), \OS2 of OS2\BOOT - staan, behoren met een volledig padsaanduiding (DEVICE=C:\PROGRAMS\RSJCD\RSJSCSI.SYS /S) aangegeven te worden. Bedenk dat ze pas geladen kunnen worden nadat het stuurbestand van hun bestandssysteem (HPFS.IFS of JFS.IFS) geladen is.

IFS= en DEVICE=
                                
                                
                                
                                

Stuurbestanden voor installeerbare bestandssystemem eindigen op IFS (bijv. NTFS.IFS, HPFS.IFS, JFS.IFS). Deze kunt u het best vooraan zetten.

Maar de ingang IFS=C:\IBMLAN\NETPROG\NETWKSTA.200 /I:C:\IBMLAN /N koppelt netwerkbronnen aan virtuele schijven (net use P: //server/share): deze komt achter andere NetBIOS stuurbestanden te staan.

32 bits Protected Mode Drivers zijn herkenbaar aan de ingang DEVICE= *32.SYS

DEVICE=*VDD.OS2, *.VDD, *VDD.SYS 
en 
DEVICE=\OS2\MDOS\*.SYS

Daarna worden de 16 bits Virtual Device Drivers (VDDs) geladen.

De virtuele stuurbestanden in \OS2\MDOS\ vormen een interface voor de Virtuele DOS machine (VDM) naar de OS/2 kernel. Zie: OS/2 Warp :

To enable general purpose virtual machines, OS/2 supports Virtual Device Drivers (VDDs). A VDD is a program loaded from CONFIG.SYS to extend DOS support within the OS/2 system. The VDD is called whenever a new virtual machine is created. The VDD can then create some new type of virtual device. OS/2 supplies VDDs that simulate most of the standard PC devices (the keyboard, mouse, VGA, COM port, printer port, and all the anonymous timer and controller chips on the mainboard). Additional VDDs are needed only to support unusual devices.
SET

Omgevingsvariabelen

BUFFERS=
IOPL=
etc.

OS/2 specifieke commando's

DOS=HIGH,UMB
FCBS=16,8, etc.

DOS specifiek commando's

CALL=
RUN=

CALL en RUN commando's worden in volgorde van optreden in de CONFIG.SYS afgewerkt.

Gebruik CALL voor klussen die altijd snel (binnen een seconde) geklaard zijn en RUN voor processen die moeten (kunnen) blijven hangen. RUN is te te vergelijken met START (dan b.v.k. met output naar > null) of DETACH vanaf de opdrachtaanwijzing.

Na de ze CONFIG.SYS opdrachten begint de OS/2 opdrachtaanwijzing (%COMSPEC%) met het afwerken van STARTUP.CMD.

config.sys sorting trick

Rick Meigs stelde in zijn "config.sys sorting trick" dat het aanhouden van bovenstaande volgorde OS/2 sneller deed laden. Dat dit op een snelle computer nog aantoonbaar is verwacht ik niet, maar het is zeker verstandig om in de config.sys enige ordening aan te brengen en hierbij rekening te houden met de laadvolgorde die OS/2 aanhoud. Enige systematiek helpt op zijn minst bij het oplossen van problemen. Maak altijd wel eerst een backup van uw oude configuratie. Het veranderen van de laadvolgorde van drivers kan ook problemen veroorzaken (zie hieronder). De oorspronkelijke sorteerder van Meigs is niet meer betrouwbaar. Een recent sorteerder is te vinden als csort201.zip.

IFS=HPFS.IFS

Plaats altijd de IFS=HPFS.IFS statement bovenaan in de config.sys. Fixpacks and Java installaties vragen hierom. Maar bovenal is deze IFS driver nodig om de andere stuurbestanden op het het HPFS bestandssysteem te lezen!

BASEDEV=

Basale stuurbestanden (*.SYS, *.ADD, or *.DMD) moeten zich in de rootdirectory , in \OS2 of in \OS2\BOOT bevinden. Ze hebben geen verwijzing naar hun pad in de config.sys. Ze moeten bij het laden van OS/2 "blind" kunnen worden gevonden. De zoekvolgorde hierbij is \, OS2, OS2\BOOT. Het eerste bestand dat OS/2 in dit pad aantreft wordt geladen. Bij onbegrepen problemen bij het laden van de stuurbestanden is het wijs dit pad eens op duplicaten te controleren.

Verdwenen muis na herinstallatie

Plaats de seriële poortdrivers com.sys en vcom.sys altijd na de muisdrivers mouse.sys en vmouse.sys als de muis een seriële poort gebruikt. Na een herinstallatie van de muis moet u dit meteen handmatig doen (knippen en plakken met e.exe), want in de regel worden opdrachten voor nieuwe hardware onderin de config.sys gezet. Laat u dit na dan wordt de door de muis benodigde seriële poort door (v)com.sys ingenomen en zal (v)mouse.sys niet laden.

PAUSEONERROR=NO

Standaard onderbreekt OS/2 het laden van de drivers vanwege de default PAUSEONERROR=YES instelling. In de regel is een Enter voldoende om door te gaan en wordt u zo op syntaxfouten gewezen. Mocht u toch niet verder kunnen, probeer dan eens PAUSEONERROR=NO in de CONFIG.SYS.

Andere plaatsen om te kijken zijn \startup.cmd en voor netwerkgebruikers \mptn\bin\setup.cmd. Let er dan ook op dat SET ETC=F:\MPTN\ETC niet veranderd is door een tweede verwijzing!

Hoe wordt de Werkplek (WPS) geladen?

> Top <

Doorgaans wordt de object-georiënteerde WPS als grafische gebruikersinterface (GUI) geladen, maar u kunt OS/2 ook zo configureren dat u standaard onder Presentation Manager of onder de prompt werkt.

Met welke config.sys instellingen de Werkplek wordt geladen ziet u in onderstaande tabellen.

De OS/2 prompt

> Top <
bootblob

OS/2 meldt zich aan met het witte OS/2 blokje op een zwart scherm. Daarna worden de stuurbestanden en diensten geladen. Als u meteen op Alt-F2 drukt, brengt u het laden van de stuurbestanden in beeld. Dit is handig als u met een OS/2 opstart probleem zit (Zie Alt-F2)

protshell=f:\os2\cmd.exe

Cmd.exe is het standaard opdrachtverwerkingsprogramma van OS/2. Net als de command.com van Dos en Windows wordt deze command interpreter bij het booten als eerste geladen. Met deze protected modus schil start OS/2 in tekstmodus op.

set comspec=f:\os2\cmd.exe
set os2_shell=f:\os2\cmd.exe

Van deze shell variabele zou ik afblijven. CMD.EXE is immers nodig om allerlei scripts uit te voeren. En als u bash (of een andere naam) toetst onder cmd, zit u meteen in bash.

U werkt nu onder een 32 bits besturingssysteem met netwerkondersteuning zonder de 64 kb geheugenbeperkingen van DOS. OS/2, de programma's, diensten en stuurbestanden benutten al uw geheugen. In dit geval verschijnt de OS/2 prompt (de protshell). Hiermee hebt u al een volwaardig 32 bits besturingssysteem met volledige netwerkfunctionaliteit. Met logon kunt u niet-interactief inloggen. De Taak afhandeling via Control-Escape werk echter niet. Vandaar dat mshell als protshell de voorkeur heeft.

[visser|f:/]logon sjoerd /P:wachtwoord
De opdracht is voltooid.

Presentation Manager GUI

> Top <
set protshell=f:\os2\pmshell.exe

Met de config.sys opdracht "protshell=f:\os2\pmshell.exe" vervangt het programma Presentation Manager cmd.exe als de gebruikersinterface en opdrachtverwerkingsprogramma van OS/2. Protshell staat voor protected mode shell. Als de variabele weggelaten is, wordt PMShell ook geladen: PMShell is de default.

Presentation Manager (PMShell)

Het beeldscherm wordt blauw. Ctrl-Esc en Alt-Tab laten taakwisseling toe. PM lijkt kaal erg op de Windows 3 interface. Maar dan zonder Programmabeheer. Het programma waarmee u programma's moet starten heet onder OS/2 de "RUNWORKPLACE". Het is de Grafische User Interface (GUI).

PM Applicaties

Vanaf dit moment kunt u de grafische PM applicaties draaien en seamless Win-OS/2.

U zou hetzelfde bereiken als u "PMSHELL" of "START PMSHELL" onder de OS/2 prompt typt in de vorige situatie (vergelijk het met "win" typen op dos prompt). Tot mijn verbazing werkte dit niet in startup.cmd.


In de volgende situatie is PM Shell wel beschikbaar, maar ziet u via een startup.cmd script de command line interpreter.



set protshell=f:\os2\cmd.exe /FS

Hiermee meldt het opdrachtverwerkingsprogramma van OS/2 zich in het volledig scherm (full screen) aan.

@echo off
start /fs
exit

Statup.cmd is de autoexec.bat van PM Shell. Start /fs opent de opdrachtverwerker (hier de protshell cmd.exe) in het volledig scherm. maar op de achtergrond draait PM Shell zodat u wel over de grafische en taakwisselingsmogelijkheden van PM Shell (Ctrl-Esc) bechikt.



De Workplace Shell

> Top <
set runworkplace=f:\os2\pmshell.exe

In de gebruikelijke opzet wordt de object georienteerde Workplace Shell als uw Desktop geladen. U kunt de uitdrukking "set runworkplace=f:\os2\pmshell.exe" vergelijken met "shell=progman.exe" in de system.ini van Windows 3.1 waarmee Programmabeheer wordt geladen. Onder Windows 95 wordt de Desktop bepaald door de taakbalk van de Verkenner (explorer.exe). Onder Linux moet u denken aan de KDE (met X als GUI).

De Werkplek is een echte Object Oriented User Interface (OOUI). Alleen de MAC, Mac OS X, NextStep en OS/2 kennen zo'n systeem. In Windows (98) en de KDE wordt het wat benaderd. Wellicht straks in de GNOME.


Het blauwe scherm krijgt een andere kleur en een voor een verschijnen de objecten van de Werkplek in beeld.


In de afbeelding ziet is een mini Werkplek zichtbaar geworden door de map van mijn Werkplek (Workplace) te openen. Als u een Werkplek van een ander OS/2 systeem bekijkt ziet u dat niet.


Het gaat niet zozeer om de bestanden, maar om wat OS/2 ervan maakt. De objecten bevatten uitgebreide attributen, waarvan de betekenis in uw INI instellingen is vastgelegd. Daarom ziet uw Werkplek er als uw Werkplek uit.

set user_ini=f:\os2\os2.ini
set system_ini=f:\os2\os2sys.ini

De ini-bestanden worden door pmshell.exe gebruikt om de objecten op de Werkplek te interpreteren. Met het programma Checkini van Henk Kelder geef ik ze regelmatig een beurt.


Vanaf nu kunt u ook specifiek voor de Workplace Shell gemaakte programma's draaien: WPS applicaties zoals Object Desktop die de mogelijkheden van de WPS enorm kunnen verrijken.

set desktop=f:\werkplek

De opdracht "set desktop=f:\werkplek" is niet verplicht, maar kan misverstanden tijdens installaties voorkomen. Het geeft ook aan dat u vrij eenvoudig alternatieve desktops kunt laden (overigens niet aanbevolen omdat dit problemen met de ini-bestanden zal geven).

De Werkplek resetten

Een typisch kenmerk van de "runworkplace" instelling is dat het hier genoemde shell altijd door de protshell opnieuw geladen zal worden als het crasht of afgesloten wordt. Dus als de WPS crasht (of herladen wordt met resetwps.exe) zal OS/2 de WPS proberen te herladen. Op trage computers met weinig Ram moet u even geduld hebben, maar na een tijdje ziet u de Werkplek herrijzen. Goed draaiende programma's blijven ongemoeid. Dat is een sterk punt van OS/2, die u bij de Verkenner/Exploder van Windows 9x zult missen.


Als dat niet lukt, en u ziet geen harde schijf activiteit meer, moet u OS/2 rebooten: soms met tweemaal Ctrl-Alt-Del, maar liever nog met een pop-up systeem utilities zoals System Commander of Watchcat die over "shutdown" opties beschikken.


Ook komt het voor dat de WPS weigert te herladen omdat de ini-bestanden (bij een WPS crash) gecorrumpeerd zijn. OS/2 start op, de Presentation Manager start op, maar PMshell kan de onjuist afgesloten WPS niet herladen met een "blauw scherm" als resultaat.

set autostart=tasklist, folders, programs, connections, launchpad

De WPS beschikt over een autostart functie. In principe is het mogelijk om OS/2 via een shutdown af te sluiten en de volgende keer dat u OS/2 opstart de Werkplek precies zo terug te krijgen zoals u haar afgesloten had. In een bugvrije wereld zou dit ideaal zijn.

set autostart=programs, task list, folders, warpcenter

Tasklist zorgt voor het (onontbeerlijke) Taakoverzicht, Folders heropent opengebleven Mappen, waaronder de Werkplek zelf (deze is ook een map op de HD!), programs de niet afgesloten programma's (incl. de zogenaamde startupfolder), connections de verbindingen en Launchpad zorgt voor de bekende knoppenbalk, die bij Warp 4 vervangen is door het WarpCenter.


Maar een programma dat een crash van de WPS veroorzaakt, zou na een reboot niet automatisch herladen mogen worden. De "autostart" van dit programma zou dan opnieuw een crash kunnen veroorzaken. U komt dan in een vicieuze cirkel terecht.

set autostart=tasklist,folders

Dat is een goede reden om "programs" uit "set autostart=tasklist, folders, programs" te laten. Die (radicale) oplossing heeft als nadeel dat u de programma's in de folder "Opstarten" niet meer gebruiken kunt.

set autostart=programs, tasklist,folders
set restartobjects= startupfoldersonly

Een praktisch alternatief is om "set restartobjects=startupfoldersonly" aan de config.sys toe te voegen, waarmee u alleen de programma's in de startupfolder "Opstarten" geladen worden (plaats hier hun reflecties). Natuurlijk laat u programma's van dubieus allooi hieruit. Nadeel is dat u misschien niet meer weet waar u de vorige keer gebleven bent, maar aan de andere kant ruimt het de rommel op de Werkplek ook weer mooi op. Dit heeft mijn voorkeur.

rem set autostart=tasklist,folders,
programs,warpcenter
set autostart=tasklist, folders, programs

Helaas is ook het Warp 4 programma Warpcenter soms een veroorzaker van een "blauw scherm". Bij twijfel altijd uit de autostart halen. Een reflectie op de Werkplek is ook een snelle manier om deze WPS applicatie met een enkele klik op te starten. Alternatieven voor WarpCenter zijn Launchpad (ook in Warp 4), XCenter en Object Desktop.


Als het laden van de WPS faalt (doordat pmshell.exe uw Werkplek niet kan vinden, bijv.) wordt cmd.exe als een "Tijdelijke Werkplek" geladen. U ziet dan een zwart OS/2 command-line venstertje met de blauwe Presentation Manager als achtergrond. U kunt nu opnieuw "pmshell" uitproberen, maar u kunt ook een PM applicatie starten om uw harde schijf te onderzoeken (ik draai dan checkini /c /df:\werkplek).

Een alternatieve shell gebruiken

> Top <

De flexibiliteit van OS/2 blijkt uit de mogelijkheid om OS/2 in totaal verschillende configuraties op te starten.

Hieronder staat een configuratie vermeld voor Filebar, een shareware shell, waarmee u op Presentation Manager niveau werkt. Filebar is ook onderdeel van Stardocks "OS/2 Essentials" pakket ($15 bij Mensys). Het programma heeft een Windows 95 achtige taakbalk voor acht virtuele OS/2 schermen. Filebar is ideaal voor een onderhoudspartitie, maar kan ook zijn nut bewijzen als u met weinig geheugen werkt (6-16 MB). In het laatste geval is dè WPS gewoon te traag om prettig mee te werken.

In Een onderhoudspartitie aanmaken met Bootos2 leest u hoe u relatief gemakkelijk (met wat geluk in 5 minuten) een extra OS/2 bootpartitie kunt aanmaken.

Shell-type

Executable

OS/2 laag (gebruikersinterface)

Programma-type

os2_shell

cmd.exe

De OS/2 prompt

OS/2 tekstmodus applicaties en commando's, DOS- programma's

protshell

pmshell.exe

Presentation Manager (PM)

Grafische PM applicaties

runworkplace

filebar.exe

Filebar (PM)

Grafische PM applicaties. Seamles Win-OS/2

rem set runworkplace=f:\os2\pmshell.exe
set runworkplace=f:\filebar\filebar.exe
set filebar.ini=f:\filebar
set os2_shell=f:\os2\cmd.exe

Als u met "set runworkplace=f:\filebar\filebar.exe" Filebar als alternatieve shell laadt i.p.v. de WPS (voor "set runworkplace=f:\os2\pmshell.exe" plaatst u een rem) dan is de Presentation Manager nog steeds actief, namelijk via "set protshell=f:\os2\pmshell.exe". Hierdoor kan het PM programma Filebar voor de PM geschreven grafische programma's draaien (inclusief zichzelf natuurlijk).

set user_ini=f:\os2\os2.ini
set system_ini=f:\os2\os2sys.ini
set desktop=f:\werkplek

Als u onder Filebar pmshell.exe start, laadt de Werkplek alsnog en hebt u twee grafische schillen lopen waarmee u programma's kunt starten of beëindigen. Het geheugengebruik van O/2 neemt hierdoor enorm toe. Dat ligt overigens niet aan Filebar (dat aan 400 kB resident geheugen genoeg heeft), maar aan de WPS die megabytes geheugen gebruikt .

protshell=f:\os2\pmshell.exe
set runworkplace=f:\os2\cmd.exe
set autostart=tasklist

U kunt ook cmd.exe als gebruikersinterface gebruiken. Gebruikt u zoals hiernaast pmshell.exe als protshell dan kunt u het grafische Taakoverzicht van Presentation Manager gebruiken. De Werkplek komt niet in beeld, maar veel door de Workplace Shell gebruikte DLL bestanden worden wel geladen (in de swapfile gezet).

Het voordeel van bovenstaande constructie is dat PM shells onder de Presention Manager kunnen blijven hangen. Maar protshell cmd.exe eigenlijk nooit. De WPS start u op met de opdracht "pmshell". Onder OS/2 is StarOffice ook als runworkplace in te zetten.

Hieronder staat een configuratie waarmee u uitsluitend onder de OS/2 prompt werkt. U kunt naast de bekende OS/2 commando's slechts OS/2 tekstmodus en DOS applicaties draaien. Maar u hebt zelfs met 4 MB RAM al de mogelijkheid om met DOS en OS/2 applicaties te multitasken.

Shell-type

Executable

OS/2 laag (gebruikersinterface)

Programma-type

os2_shell

cmd.exe

De OS/2 prompt

OS/2 Tekstmodus applicaties en commando's

protshell

pmshell.exe

PM programma's

runworkplace

staroffice.exe



Met Start / Uitvoeren lanceert u programma's. Helaas is de map Start / Programma's niet gevuld als de WPS niet geladen is..

set os2_shell=f:\os2\cmd.exe
protshell=f:\os2\pmshell.exe
set runworkplace=g:\office51\soffice
set autostart=tasklist

Als u als onder "runworkplace" het pad naar staroffice invult, is StarOffice de "werkplek".

Een belangrijk kenmerk van de de bij "set runworkplace" genoemde applicatie is dat hij opnieuw laadt nadat hij afgesloten is (of crasht). Een goede eigenschap van StarOffice is dat hij na een crash de niet opgeslagen bestanden weer weet te herstellen.

De variabele COMSPEC geeft de shell weer die bij nieuwe opdrachten in een script uitvoerdt. Om bijv. een voor sh geschreven Makefile script vanuit File Commander uit voeren geeft u onder cmd.exe:

SET COMSPEC=f:\emx\bin\bash.exe
fc

Een grafische shell vervanger die u van shell wisselen laat is Alex Taylors ATshell.





AUTOEXEC.BAT

> Top <

Voor Windows 3.1 en dos programma's gebruikt OS/2 standaard het tekstbestand autoexec.bat. Deze autoexec.bat heeft dezelfde functie en opzet als de autoexec.bat onder dos. Hieruit laadt OS/2's Mdos (een DOS versie geoptimaliseerd voor gebruik onder OS/2) instellingen en residente programma's (TSRs).

U bent echter niet verplicht voor alle programma's dezelfde autoexec.bat te gebruiken. U kunt dat per programma (of per programmagroep) individueel regelen. Zo gebruik ik een autowin.bat als autoexec.bat voor Win-OS/2 sessies. Het pad is voor gebruik onder Windows ingesteld. Deze moet u wel in het instellingenblok van programmabeheer en "WIN-OS/2 instellen" opgeven Win-OS/2-instellingen / Andere instellingen / DOS_AUTOEXEC.

Zie ook mijn tip: Vlot een programma object maken.

STARTUP.CMD

> Top <

Het tekstbestand STARTUP.CMD is de AUTOEXEC.BAT van PROT(ected modus)SHELL PMShell. Standaard wordt hij niet aangemaakt. Maar met een STARTUP.CMD in de bootpartitie kunt u al voor en terwijl de Werkplek (SET RUNWORKPLACE=PAD/PMSHELL) geladen wordt OS/2 commando's uitvoeren. Zet de opdrachten die voor de WPS uitgevoerd moeten worden vooraan of plaats ze als een RUN=opdracht in de CONFIG.SYS. Dat laatste kan alleen als ze niet-interactief uitgevoerd kunnen worden. RUN werkt als DETACH op de prompt.

Startup.cmd wordt niet geladen als u als PROTSHELL CMD.EXE ingevuld hebt. In dat geval moet u van de CONFIG.SYS instellingen RUN=C:\OS2\CMD.EXE /C MIJNBATCH.CMD gebruik maken.

Bij mij staan in STARTUP.CMD opdrachten geplaatst om tijdelijke bestanden op te ruimen, de HPFS-cache in te stellen en een instelling voor het SIO modem stuurbestand.

Startup.cmd mag ook een REXX script zijn.

Voorbeeld van een startup.cmd

Toelichting

REM #######Startup CMD ##############

Het is handig batches met REM(ark) een naam te geven. De toelichtingen die nu in de tweede kolom van de tabel staat, waren oorspronkelijk ook remarks.

if exist f:\chkdsk.old del f:\chkdsk.old

Wist de log-bestanden die chkdsk32.exe aanmaakt.

if exist i:\chkdsk.log del i:\chkdsk.log

Deze logbestanden geven soms problemen met Object Navigator.

del %temp%\*.* /n

Deze setting wist de tijdelijke bestanden in de bij SET TMP= en SET TEMP= opgegeven directory

detach cache.exe /maxage:7500 /diskidle:1000 /bufferidle:10000

Stelt de HPFS cache in om zich extra lui te gedragen.

start f:\os2\cmd /fs /min

Als de WPS traag opstart zou u met deze shell alvast aan het werk kunnen gaan. "Start pad/programma" is de manier om een afzonderlijk programma m.b.v. de startup.cmd te laden. Voor deze achtergrond shell geldt hetzelfde. Voor opties type "help start" op de prompt.

mode com2 dtr=on

Informatie over het modem (SIO)

start i:\mmos2\play FILE=i:\mmos2\sounds\startup.wav /min

Mijn sblive kaart werd aanvankelijk niet door OS/2 ondersteund1. Daarom heb ik een oude PAS ISA geluidskaart als 2e geluidskaart voor OS/2 geïnstalleerd. Om van geruis af te zijn van een nog niet aangesproken geluidskaart (zonder systeemgeluiden), draai ik startup.wav eenmalig.

net use S: \\zolder\samba
net use T: \\zolder\sjoerd

Mapt de Linux shares als stations S: en T:. Zie NET-opdrachten.

exit

Sluit de cmd-batch weer af.

> Top <
> OS/2 Index <



1Inmiddels is er een SBLive! stuurbestand voor OS/2.